top.jpg

Hanoi 30 tot en met 1 november
We hebben ff geen zin om dingen te bezoeken en houden ons voornamelijk bezig met eettentjes zoeken, een beetje ronddwalen in Hanoi en de kinderen lesgeven. Ze hadden op Halong bay (Cat Ba eiland) vrij van les gehad en dat moet natuurlijk weer ingehaald worden.
Hanoi is echt een hoofdstad en erg gezellig. Vooral Jacqueline en de kids genieten van de cafeetjes. In de tussentijd dat ik dit schrijf zijn ze naar een cafeetje geweest waar ze heerlijk cappuccino en orangina hebben gedronken en een lemon-pie en caramelcreme hebben gegeten. Goed, verschil moet er zijn.

Morgen vliegen we om 13.35 uur via Singapore naar Sydney, waar we gelukkig al een hotel hebben geboekt. Wel heeeel andere prijzen ineens, ipv 10 á 12 us$ nu ineens 145 aus$ voor een kamer. Ben benieuwd of we het budgettair kunnen uitzingen tot 1 januari, anders mogen jullie weer doneren :-).
   
Cat Ba/ Hanoi 28  + 29 oktober
Weer vroeg op want onze reisleidster, blijft een trut, heeft ons duidelijk weten te maken dat we ’s morgens een ‘trek’ in het national park gaan ondernemen. We zitten dan ook netjes op tijd aan de ontbijttafel en verbazen ons over de enorme ongeïnteresseerde houding van de bediening, waarschijnlijk familie van de reisleidster. In tegenstelling tot al de andere hotels waar we zijn geweest,  kan er bij hun geen lachje vanaf. Ze snappen ook werkelijk niets van wat je vraagt of willen het niet begrijpen. Een gast die om wat extra boter vraagt krijgt dit ook; iemand uit de bediening komt aan met een mes met een beetje boter erop. We lachen stilletjes.
 
Nog een beetje duf van gisteravond, maar gelukkig geen echte kater, stappen we in de bus op weg om de berg op te klimmen. Één uur op en één uur terug. Dit zien we dus niet zitten, Wessel is toch iets te zwaar om 2 uur te sjouwen en wij besluiten om gewoon in ons uppie het bos aan de voet van de berg te verkennen. Heerlijk! Eindelijk geen mensenmassa om ons heen. We genieten van de vlinders, de geluiden en het bos. Na een uurtje wandelen we terug om enorm relaxed koffie te drinken bij een klein café bij een van de huisjes aan de bosrand.
Waren we echt aan toe (zeker ik, na al dat Bia Hoi gedoe, Ruben en Jeroen bedankt nog hè). We hebben dan ook een zeer geslaagde ochtend.
Vervolgens gaan we weer terug naar het hotel voor de lunch. Wij willen graag weten of er een middag programma is, maar onze gids is in geen velden of wegen te vinden. Na wat rondgeslenterd te hebben en aan diverse mensen gevraagd te hebben wat de bedoeling is van de middag blijkt dat we ‘vrij’ hebben. Er wordt ons aangeraden om naar het strand te gaan en na enig weifelen en de zwembroek aan te hebben getrokken doen we dat ook. Wel met enige terughoudendheid, want zo langs de haven ziet het er niet uit alsof het strand aantrekkelijk zal zijn. Daar hebben we ons dus vierkant in vergist, want het strand is werkelijk geweldig. Omringd door de rotsen met uitzicht op een eiland en verder geen mensen, wat wil je nog meer. Juist, zwemmen en dat doen we dan ook. Wessel vermaakt zich geweldig met al die ruimte om zich heen waar hij ongestoord kan rondbanjeren. Tussendoor komt er nog een filmploeg, die een scène schiet van bootsmokkelaars die worden aangehouden.
Na een paar uur aan het strand, klimmen we via een trap naar een loopbrug die helemaal langs de rotsen boven het strand voert. Dit is echt een aanrader, je loopt zo’n 10 meter boven de zee om de rotsen heen naar het volgende strand. Hier is helaas niets te eten,  maar dat kan wel op het volgende strand. Ook hierheen gaat de loopbrug en we genieten van het uitzicht en de wandeling en vervolgens van de frietjes en drankjes die ons op het strand worden geserveerd. Is dat genieten of genieten?
We komen net op tijd aan voor het diner in het hotel en gaan daarna vroeg slapen, moe en voldaan van deze geweldige dag.

Ja, alweer vroeg op want we gaan met de boot terug naar Hanoi. De bootreis is super, de zon schijnt, het dobberen en kijken naar de eilanden en zee is een waar genot. Helaas kunnen we niet zwemmen . Maar goed. We komen wel precies op tijd aan in Halong city (12.00 uur) en mogen gelijk aanschuiven voor de lunch, die erg goed smaakt (frietjes, loempiaatjes, groente, vlees, seafood en natuurlijk rijst).
  
De terugweg met de bus naar Hanoi gaat ook goed en we zijn al om 16.00 uur in Hanoi ipv 17.00 uur. Alleen worden we niet afgezet bij het hotel, wat gebruikelijk is. Nee, we worden ergens in Hanoi gedumpt en onze reisleidster vertelt niet hoe je terug moet lopen. Sommige, vooral de wat oudere (reken ik ons nog niet toe) medereizigers zijn hier zeer verbolgen over. Maar niets helpt, ze (bitchy reisleidster) negeert iedereen gewoon. Zeer irritant en als ik op nog geen 20 cm afstand de weg vraag (wel 5x) en ze blijft me negeren kan ik het niet helpen dat er plotseling een ‘fuck you’ uitvliegt. We lopen in de spits ff verdwaasd rond, maar na een kwartiertje vinden we het meer en dat kennen we. Ff later zijn we in het hotel (waar bleven jullie nu Ruben en Jeroen?).

’s Avonds maar weer eens uit eten geweest en ff ge-internet. En daarna rustig slapen. Althans dat wilden we, maar vlak voor het slapen gaan kon ik de ‘belangrijke spullentas’ waar mijn bril inzat niet meer vinden. Oeps, het laatste dat ik me kon herinneren was dat ie naast me lag in het internetcafé. Gelijk weer in de kleren en naar het internetcafé en gelukkig daar lag de tas nog, een toevallig Nederlands, meisje had er goed op gepast (zonder dat ze het wist) en ik heb haar daar hartelijk voor bedankt. En natuurlijk heb ik ook de eerste zwerver een leuke tip (naja 8000 dong, je moet het niet overdrijven) gegeven. Jacqueline was nog steeds klaar wakker en zeer opgelucht toen ik met de rugzak terugkwam. Ach, zaten alleen al onze papieren, tickets, film- en fotocamera, creditcards en nog wat zooi in. Waar maak je je dan druk over.
 
Cat Ba 27 oktober
We zijn weer vroeg uit de veren. Axel is de halve wijk al doorgelopen om ontbijt voor ons te kopen. En we eten met smaak onze baquetjes met ‘La-Vach-qui-Rit (een soort smeerkaas) op. Helaas zonder een kopje thee, maar met een paar slokken water. We worden opgehaald door een busje dat ons naar een andere bus brengt. En tot onze verbazing zien we daarin Ruben en Jeroen zitten. We waren ze kwijtgeraakt na Hoi An, of ze zijn ons ontlopen, maar nu lukt ze dat niet meer want we zitten op dezelfde tour. Wel erg toevallig, dat je in een stad met meer dan 3.5 miljoen inwoners en enorm veel toeristen precies hen treft in een bus waar 28 mensen inzitten. Zij zijn ook erg blij om ons te zien, althans dat lijkt zo :-).

Onze gids is een nogal pinnige tante, die niet al te best Engels spreekt. Dus het programma van de komende drie dagen gaat langs ons heen. Na een voorspoedig busreis komen we bij Halong City. We stappen uit bij een (ongezellig) restaurantje. Een kleine ruimte volgepakt met plastic tafeltjes, enorm veel mensen en bagage. Hier hebben we onze lunch, die boven verwachting goed smaakt. Daarna worden we naar de haven gebracht en daar stappen we op een mooie houten boot. We zoeken een plekje boven op het dek en hijsen Wessel in een reddingsvestje, dat we voor hem in Phnom Penh hebben aangeschaft.
De baai is heel mooi. Het weer is niet heel helder, maar toch een blauwgroene zee met overal grote rotsen die uit het water opdoemen. We stoppen bij een eiland en bekijken daar een grot. Dat is wel weer echt op z’n Aziatisch, in elk donker hoekje is een gekleurd lampje gestopt en verder is er een soort megaTL lamp die op het plafond is gericht. Verder hebben al toeristenboten dezelfde route en dat is op het water nog niet zo te merken, maar in de grot schuifelen we voetje voor voetje achter de meute aan. Dan weer de boot op en verder varen. De volgende grot laat bijna iedereen aan zich voorbij gaan. Ook wij blijven lekker op de boot en kopen banaantjes van de fruitverkoopsters die in kleine bootjes rond ons schip varen. Dan volgt een lange tocht in de richting van het Cat Ba eiland.
Het boottochtje is prachtig, een schitterend mooie zee en al die rotsen en rotseilandjes met veel groen en stranden. Helaas voor de kinderen is er pas een stop om te zwemmen als het al donker is. Onze reisleidster is zoals we al gezegd hebben een tang, maar boven dat doet ze verder ook niet veel en trekt ze de hele dag een zuur gezicht. En deze zwemstop is natuurlijk veel te laat, hoewel toch nog een flink aantal mensen een duik neemt.

Op het eiland aangekomen worden we in een bus gedirigeerd die helemaal stampvol komt te zitten. Gelukkig hoeven we niet ver en zijn we al snel bij ons hotel. We krijgen een nogal waardeloze kamer; geen raam, en een badkamer die gewoon nog nooit is schoongemaakt en drie bedden op een rij. Dat maakt onze kamer in Hanoi ineens een stuk aantrekkelijker. Om zeven uur hebben we een diner met veel seafood (vis). Axel en de kinderen proberen een soort inktvis (squid) en dat smaakt ook nog zowaar. Later bestellen we voor de kinderen toch maar wat frietjes en een pannenkoek erbij.
Na het eten gaan we met Ruben en Jeroen ergens wat drinken. In de haven gaan we bij een straattentje op de kleine plastic stoeltjes zitten en bestellen we na eerst de bierprijs van 15.000 naar 10.000 dong te hebben verlaagd wat biertjes. De kinderen krijgen een kokosnoot met een rietje erin. Wessel stapt lekker rond (met een van ons en wat Vietnamezen er achteraan). En zo wordt het toch nog een gezellig avondje. Voor Axel een wat langer avondje met veel Bia Hoi en ook nog een Karaoke Bar (samen met Ruben en Jeroen) en de volgende dag weer vroeg en fris op omdat we een berg moeten beklimmen.

Hanoi 26 oktober
In Hanoi aangekomen laten we ons op het perron door de eerste ‘hotelverkoper’ overhalen om naar zijn hotel te komen. Ook omdat de naam enigszins bekend voorkomt vanuit de Lonely Planet. Hij verzekert ons dat de ‘familyroom’ slechts 12 dollar is en vier bedden heeft en mooi in het oude centrum ligt. Voor het station met de welbekende chaotische en lawaaierige drukte loodst hij ons handig naar een taxi. Alle bagage in de achterbak en dan zijn we dan in Hanoi! De taxichauffeur doet algauw zijn meter uit. Wanneer Axel vraagt wat het ritje gaat kosten, zegt hij 30.000 Dong (ongeveer 2 dollar), wat een belachelijk hoge prijs is. Dat vindt ook de jongen, die al snel met de brommer naar het hotel is gescheurd, want hij en de taxichauffeur krijgen zowat slaande ruzie. Uiteindelijk betalen we maar gewoon en bedaren de gemoederen. Dan worden we door iemand anders meegenomen naar de kamer. Het is een redelijke kamer, en weer na enig onderhandelen (want deze persoon begint gewoon weer vrolijk bij 20 dollar) kunnen we onze bagage weer na boven sjouwen en met ons uitpakritueel beginnen.

We pakken meestal niet al te veel uit als we ergens maar kort verblijven of als de kamers nogal groezelig zijn en we laten nu de spullen dan ook zoveel mogelijk in de rugzakken en koffer zitten. Ook deze kamer kan wel een flinke poetsbeurt gebruiken en heeft nogal wat vierdehands meubels. Douches hebben we ook al in veel maten en soorten gezien. Deze kamer heeft de douche ingeklemd tussen het toilet en wastafel, waar ongeveer 20 centimeter ruimte is. Je staat dan ook half boven de wasbak en de wc te douchen. Maar, de ruimte is prima. Een soort kamer-en-suite, met een aparte slaapkamer voor Jasper en Charlotte. Ook hebben we een balkon en dat vormt een mooie uitkijkpost over het oude straatje met mooie winkeltjes, cafeetjes en restaurantjes. Het doet allemaal een beetje Frans aan met mooie bomen in de straat en huizen met luiken en balkonnetjes.
En als we de buurt een beetje verkennen word ik helemaal enthousiast. ‘The Old Quarter,’ de wijk waar wij nu zitten, is net echt Parijs. Smalle straatjes met gezellige restaurantjes en cafeetjes. Er staat zelfs een enorme kerk op de hoek van de straat die sprekend op de Notre Dame lijkt. Het is grappig om dat dan tegenover de Vietnamese bewoners te zien, die met grote manden en hoedjes op door de straten lopen. Ook hier rijden weer ontelbaar veel scooters en brommers.

We gaan op pad om een tour te boeken, want we willen morgen gelijk door om een paar dagen in Halong Bay door te brengen. Dat schijnt prachtig te zijn, met mooie rotsachtige kusten en veel grotten. Na enig gezoek, prijsvergelijken en wederom veel onderhandelen boeken we de tour bij ons hotel. Ze vroegen eerst 60 dollar p.p. voor de tour de we elders in de stad voor 28 aangeboden zagen. Uiteindelijk betalen we 29 dollar en spreken we af dat we bij terugkomst nog drie dagen hier verblijven en dat dan een groot deel van de bagage mag blijven staan. We hebben ook nog even gezocht naar een beter hotel, maar alle kamers die bekeken hebben waren een stuk kleiner voor meer geld, dus zo slecht zitten we nog niet.

Hue 21 tot en met 25 oktober:
We hebben weer een prachtig ritje met de bus. De weg voert langs prachtige bergachtige slingerweggetjes langs de kust, wat spectaculaire uitzichten oplevert. Wessel valt meestal snel in slaap in de bus en ook Jasper en Charlotte proberen wat te slapen. De bus rijdt niet echt snel en dat kan ook niet. Er zijn altijd een boel brommers, vrachtwagens, handkarren en wat al niet meer op de weg. Die halen we allemaal in natuurlijk en dat gaat gepaard met een luid getoeter bij elk voertuig dat voor ons verschijnt en bij elke bocht, die we vaak links nemen omdat we net aan het inhalen zijn.

In Hue weer hetzelfde ritueel; kamer bekijken, onderhandelen, spullen naar boven slepen en uitpakken. We gaan snel nog wat eten bij een restaurantje op de hoek en duiken dan ons bed in.

Als we de volgende dag wakker worden regent het pijpenstelen. Het komt met bakken uit de lucht. We hebben meestal geen ontbijt bij het hotel en ook nu gaan we op pad om wat te eten. We gaan lekker bananenpannenkoeken eten bij een restaurantje dat daarvoor wordt aanbevolen in de Lonely Planet.  Het zoeken naar restaurantjes en het gaan eten wordt de belangrijkste bezigheid in Hue, want het blijft wel drie dagen regenen. We blijven veel op de hotelkamer en benutten de tijd goed door veel les te geven. Wel schaffen een paar plastic regencapes aan om af en toe nog even de neus buiten de deur te kunnen steken. Als het even droog is wandelen we naar de Citadel, een soort fort, dat vroeger het oude stadscentrum was. We genieten van het wandelen en we komen pas aan als het al te laat is om nog entreekaartjes te kopen. Dat maakt ons niets uit, we hebben al zoveel gezien en het wandelen is heerlijk. Charlotte kletst met wat Vietnamese meisjes en ze komt als snel achterop de fiets bij een van die meisjes langsgesjeest.

Axel heeft een winkeltje ontdekt waar ze allemaal kopieën van computerspelletjes, muziek en films verkopen en ’s avonds bekijken we een film van Mr. Bean op de laptop.

We moeten vier dagen in Hue blijven, wat het schijnt nogal moeilijk te zijn om kaartjes te krijgen voor de slaaptrein naar Hanoi. De softsleepers, de coupe zoals we de vorige keer hadden, is helaas al volgeboekt. We krijgen kaartjes voor de hardsleeper (??)  en 25 oktober om zeven uur ’s avonds vertrekken we naar het station. Onze coupe delen we met twee Vietnamezen, die de twee onderste bedden hebben. Een hardsleeper heeft zes bedden, drie aan elke kant en wij hebben de vier bovenste bedden. Het onderste bed heeft de meeste ruimte en hoe hoger hoe krapper. We kunnen niet rechtop zitten en Jasper en Lot hebben het helemaal krap. Maar toch is het weer hartstikke leuk. De naam hardsleeper is trouwens ook niet vreemd gekozen; het is een plank met een rieten matje en slapen doen we niet echt heel goed. ’s Morgens weer een simpel ontbijt (noodles met een flesje water) en rond half elf ’s morgens komen we in Hanoi aan.

Verslag Hoi An 18 tot en met 20 oktober:
We zoeken onze coupe in de trein en proberen alle bagage er zo netjes mogelijk in te proppen. Jasper en Charlotte duiken gelijk in de twee bovenste bedden en Ak en ik zitten lekker op de onderste bedden. Al gauw gaan we slapen en het geboemel en het gekraak en gepiep van de trein is heerlijk om in slaap te vallen. De trein doet er redelijk lang over; ongeveer twaalf uur over ongeveer 500 kilometer. De bedden zijn comfortabel en ’s morgens een ontbijt op bed, wat willen we nog meer! De trein stopt in Danang en van daar willen we een taxi nemen naar Hoi An, zo’n dertig kilometer naar het zuiden. Maar bij aankomst klopt er iemand op het raam met een groot plakkaat in zijn handen, waarop staat: KoCharl- lottemarijn en een Vietnamese naam. Nadat we eerst niet begrijpend naar zijn bordje kijken valt het kwartje al snel. Hij heeft de naam van Charlotte op het bordje met de naam van ons hotel daarbij. Dus we worden zelfs opgehaald, wat een luxe. Dat bespaart ons het gekkenhuis dat je altijd opwacht als we uit een bus of trein stappen. Je wordt dan bestormd door wel 50 taxichauffeurs, hotelmensen, toerverkopers en gewone straatverkopers  die onze aandacht proberen te trekken. Vervolgens kiezen we er dan maar een op goed geluk uit. Het taxiritje is weer leuk, mooie rotsen en bergen op de achtergrond. Er zijn een boel grafsteenverkopers valt ons op. We worden in een hotel in Hoi An gedropt en na enig onderhandelen nemen we de kamer, die wel groot is maar geen raam heeft. Morgen kunnen we naar boven verhuizen naar een kamer met een balkon.

Hoi An  is een prachtig stadje, dat een heel prettige sfeer uitademt. Het lijkt wel een soort openluchtmuseum. Het oude centrum bestaat uit huisjes waarvan de oudsten meer dan 300 jaar zijn. De haven is vroeger door de Portugezen, de Hollanders (ja,ja altijd weer die Hollanders) en de Chinezen gebruikt als steunpunt voor de handel. En vooral de invloed van de Chinezen zie je aan de bouwstijl van de huizen, met daarbij vogeltjes in kleine houten kooitjes en grote Chinese lampen. Helaas is ons fototoestel uitgeschakeld (gelukkig maar tijdelijk zo blijkt later), nadat Axel een golf van te dichtbij wilde fotograferen in Nha Trang. Dus helaas geen schilderachtige plaatjes van Hoi An.

We maken een excursie naar de restanten van wat genoemd wordt ‘de Angkor Wat van Vietnam’. Het zijn een stuk of wat ruines van het oude Chamrijk, maar de vergelijking met Angkor Wat slaat nergens op. We staan gezellig te kletsen met wat Nederlanders die we hebben ontmoet en spannen ons niet al teveel in om in de warmte alles te bekijken. Daarna hebben we nog een verkoelend boottochtje met een lekkere lunch aan boord. Wessel mag aan het roer, dus hebben wij weer even rust. We stoppen nog even bij een eilandje waar de bevolking leeft van de scheepsbouw. We bekijken grote vissersboten waar ze mee bezig zijn, voor 40.000 $ heb je er al een die groot en zeewaardig is.

De drie dagen in Hoi An vliegen weer voorbij. We slenteren veel door de oude straatjes en genieten van het heerlijke eten dat ze hier hebben. We kunnen hier echt spotgoedkoop eten, voor 5 dollar hebben we allemaal een lekker maaltje. Voor iets meer geld gaan we ook een keer Indiaas eten en dat is echt smullen. Heerlijk Naan (Indiaas brood)  met curry en de kids spinazie met stukjes aardappel en witte rijst! In Hoi An kun je verder overal kleding op maat laten maken. Er zijn ontzettend veel kleine winkeltjes (wel meer dan 200), die  echt mooie kleren hebben. Deze kun je passen en die maken ze dan na of aan de hand van foto’s uit trendy magazines. Erg mooi en spotgoedkoop. Even komen we in de verleiding, maar laten uiteindelijk toch maar niets maken.

We laten ons met een fietstaxi een keertje naar het strand brengen, want de zee blijft ons toch trekken. En wederom prachtige golven aan een vrijwel verlaten strand. We worden wel meteen weer bestormd door de verkoopsters die ons weer willen afzetten met van alles en nog wat. Vooral een paar oude vrouwtjes, met gebarentaal omdat ze geen Engels spreken, vragen de meest belachelijke prijzen. Ze zijn wel prachtig om te zien. Vietnamees hoedje op, een soort katoenen pakjes aan, grote mand met de verkoopwaar en ze hebben geen tand meer in de mond, op een paar pikzwarte exemplaren na.

De laatste dag gaan we per fietstaxi nog eens door de stad en zien dan nog wat van de huisjes van binnen en krijgen we rondleidingen bij verschillende handwerkslieden, waar we uiteraard weer producten van kunnen kopen. Jasper en Charlotte zien mooie lampjes voor hun kamer en na enig onderhandelen, kopen ze er elk een voor 2 dollar. Ze onderhandelen zelf en dat doen ze ook heel goed. Ze proberen zelfs in de winkels op rolletjes snoep af te dingen, maar dat lukt helaas niet hebben ze gemerkt.

Na drie dagen is het helaas tijd om afscheid te nemen van Hoi An en ‘s middags stappen we op de bus om naar Hue te gaan, dat zo’n 130 kilometer noordwaarts ligt. Axel stapt enigszins duf uit bed en in de bus, nadat hij gisteravond met  Ruben op zoek was naar Jeroen en na een groot aantal ‘Bia Hoi’ (lokaal bier)  tentjes te hebben bezocht vervolgens pas om 4 uur ’s ochtends thuiskwam. Ruben en Jeroen zijn twee Nederlandse jongens die we op onze (party) boottrip in Nha Trang hebben ontmoet  en die 3 maanden op reis zijn en in Vietnam dezelfde route als ons vervolgen.

Verslag Nha Trang 14 tot en met 17 oktober

We hebben in Nha Trang maar twee hotelkamers genomen. Het is een vrij eenvoudig hotel met niet al te grote kamers en Jasper en Charlotte vinden het prachtig om weer een eigen kamer te hebben. Nha Trang is een badplaats en heeft een heel mooie boulevard met brede trottoirs, mooie palmbomen en een lekker strand. Daarbij zijn de golven helemaal geweldig! Verder dan je middel kom je niet, want dan ben je al weer terug op het strand gegooid, met daarbij een kilootje zand in je zwembroek. Heerlijk om zo een dagje door te brengen. We lunchen lekker in een luxe strandpaviljoen van de nautische club. Het eten in Vietnam is ontzettend lekker en ik als vegetariër heb nog nooit zoveel keus gehad. Maar nu kiezen we  lekker voor een Mexicaans maaltje. Daarna duiken we weer de golven in. Jasper en Lot worden soms helemaal omvergekegeld door de krachtige golven en veel Vietnamese verkopers waarschuwen ons dat de golven gevaarlijk zijn. Maar na een tijdje springen er ook een stuk of dertig Vietnamese toeristen in de golven,  ze zwemmen gewoon met hun kleren aan.  Het is aanstekelijk om te zien hoeveel schik ze hebben. Ze komen niet meer bij als Charlotte langs hen heen spoelt, maar proberen haar toch even overeind te helpen, daarbij valt de een na de ander om. Het lijkt wel kegelen en ze komen niet meer bij van het lachen. Wessel krijgt zijn gewoonlijke aandacht van de verkopers en zit al snel met een enorme bak fruit aan het strand. Moe maar voldaan gaan we dan ook naar huis. ’s Avonds lekker eten bij een goedkoop restaurantje om de hoek en dan is de dag alweer voorbij.

De volgende dag hebben we een boottochtje geboekt. We zullen bij een paar eilandjes in de buurt gaan snorkelen. We worden met een bus opgehaald, die na verloop van tijd helemaal stampvol zit. Maar we hoeven gelukkig niet ver. Er zit een heel gemengd internationaal gezelschap op de boot, zelfs een Vietnamees echtpaar. De meeste mensen zijn tussen de twintig en de veertig (wij dus). Na een tijdje varen, met een muziekje op niveau oorverdovend  dat alle gesprekken onmogelijk maak, komen we bij de eerste snorkelplek. De muziek gaat uit, wat een applausje oplevert. De uitrusting zit bij de prijs inbegrepen en we verwachten er niet al te veel van en dat is maar goed ook. We krijgen van die kinderduikbrillen met een los buisje om door adem te halen. Zwemvliezen zijn er niet. Ik zie met duikbril op gelijk helemaal niets meer, want het ding zit vol krassen. Maar het zicht onder water is toch al heel slecht, dus we gaan gewoon lekker even zwemmen. Jasper en Charlotte hebben een paar reddingsboeien waar ze zich prima mee vermaken. En vooral het van het dak van de boot springen (erg hoog) is favoriet. Na een uurtje varen we weer verder naar een volgende plek. Als we aan komen wordt de boot omgebouwd voor de lunch. Alle bankjes in het midden van de boot worden omgeklapt en zo ontstaat er een reusachtig tafel. Die staat al snel vol met schalen vol eten, iedereen een bakje en wat stokjes en eten maar. Heerlijk!

Na de lunch krijgen we uitleg van onze Vietnamese toerleider over het middagprogramma, door zijn accent en door de microfoon die hij gebruikt met het volume op  tien en een galm waar je naar van wordt begrijpen we er niet veel van. Maar dat wordt al snel duidelijk. Hij vormt samen met de twee andere bemanningsleden de BOYS BAND  en daar krijgen we nu een optreden van. Wat is dit nu weer!? De toerleider en de rest van de boys band nemen plaats aan de kop van de tafel. De toerleider heeft twee halve emmers en een hele oude, gedeukte basdrum en dat vormt zijn drumstel, in het midden zit iemand met een tamboerijn en een microfoon. Daarbij heeft hij een enorme zonnebril op en twee halve basketballen die met een touwtje om zijn nek hangen moeten enorme borsten voorstellen. Hij word ook de ladyboy genoemd, vandaar natuurlijk. Het derde bandlid heeft een elektrische gitaar met een versterker. Het klinkt warempel nog leuk ook en al snel staat  iedereen op de tafel te dansen. Jasper en Charlotte vinden het prachtig. Axel en ik weten niet zo goed wat we er van moeten vinden, maar we doen maar gewoon mee en dat is ook best wel erg leuk. Na het optreden komt de toerleider weer met een onverstaanbare uitleg (Vietnamees accent en galm), maar al snel wordt ons duidelijk wat het volgende onderdeel van de dag is. De ladyboy, de man met de halve basketballen als borsten heeft zijn tamboerijn omgewisseld voor een hele grote soort van drijvende zwemband. Hij zit in het midden met een krat vol met flessen wijn. Iedereen mag nu in het water duiken en krijgt een reddingsboei toegegooid en kan daarmee aanhaken bij de drijvend bar. Onder het genot van ettelijke glazen wijn wordt er een spel gespeeld dat je geen ‘nee’ mag zeggen. Als je toch ‘nee’ zegt moet je dus een paar flinke slokken uit de fles nemen. Jasper en Charlotte drijven er al snel bij en krijgen een ananas als compensatie voor de wijn. En al snel ligt ook Axel met een zwemband bij de drijvende bar, want oude authentieke volksgebruiken moet je natuurlijk in eer houden. Daarbij wordt vanaf de boot de hele soundtrack van ‘goodmorning vietnam’ gedraaid (uiteraard weer volume tien) en zit ik nog als enige op de boot samen met Wessel. Aan alles komt een einde zo ook aan de drijvende bar, maar niet nadat er heel wat flessen wijn zijn vergoten.
We varen vervolgens naar een eilandje waar iedereen even kan  bijkomen door te zonnen of te zwemmen. Nadat we hier een uurtje zijn geweest gaan we weer aan oord en tot onze grote verrassing staat de hele tafel vol met het lekkerste fruit. Smullen maar! We varen naar een dorpje waar de kids in een  soort van grote rieten mand mogen varen. Dit soort rieten manden is een soort van traditioneel vaarmiddel om van een boot naar de oever te komen en inderdaad zien we ze nog vaker varen. Al met al hebben we ons vandaag uitstekend vermaakt, al was het dan niet met snorkelen.

De laatste twee dagen in Nha Trang brengen we door aan het strand. We geven ’s morgens les, duiken ’s middags in de golven en gaan ’s avonds lekker uit eten. De laatste middag gaan we inpakken, want we nemen de nachttrein (20.20 uur)  naar Hoi An. We hebben uiteindelijk toch nog een softsleeper cabine gekregen, dit is een aparte treincabine voor 4 personen. De taxi haalt ons netjes op tijd op en nadat we ons door de ons altijd omringende menigte hebben geworsteld wachten we op de trein die netjes om 20.00 uur arriveert.

11 tot en met 13 oktober:
We verkennen Dalat de eerste dag met een georganiseerde toer. Samen met twee Engelse meisjes en een verliefd Vietnamees stelletje worden we in een busje de omgeving rondgereden. We zien een pagode (soort tempel) met een grote draak gemaakt van ontelbaar veel bierflesjes (zouden de monniken zoveel drinken?), een  nonnenklooster waar ze weeskinderen opvangen, weer een paleis, nu het zomerpaleis van de laatste koning en een soort pretpark ‘de vallei van de liefde’, waar ons Vietnamese stel bijna verdwijnt.

De volgende dag wordt weer nuttig gebruikt door veel schoolwerk te doen. Later op de dag gaan we de stad in. Dalat is een soort groenteboer van de regio. De groenten en fruitkraampjes zijn heel fotogeniek; manden vol met aardbeien, bramen, bananen en allerlei soorten exotisch fruit. Met behulp van veel gebarentaal kopen we shampoo en luiers. Axel probeert contactlenzenvloeistof te vinden, Wessel heeft zijn hele fles leeggekieperd , maar dat lukt niet.

13 oktober vertrekken we richting kust, naar Nha Trang. We hebben een hele mooie busrit door de bergen met veel bos en een prachtig uitzicht over de weide omgeving. Na een zeer voorspoedige reis komen we aan in Nha Trang, hotel zoeken, onderhandelen over de prijs, uitpakken en daarna naar het strand

10 oktober:
Een reisdag. We verlaten Saigon en vertrekken per bus naar Dalat, zo’n 300 kilometer verder. Dit is een stadje in de bergen met een heerlijk klimaat; ‘s avonds en ’s ochtends is het koel en overdag lekker warm. Vooral de koele avonden, die doen denken aan de laatste zomer- of de eerste herfstavonden in Nederland, vinden we heerlijk, lekker een lange broek en een t-shirt met lange mouwen aan.

9 oktober:
Ons laatste dagje in Saigon ofwel Ho-Chi-Min-City. Vanaf het einde van de Vietnamoorlog, of zoals ze het hier noemen, de Amerikaoorlog, heet Saigon dus HCMC (even afgekort). Nu wordt de stad in de volksmond nog steeds Saigon genoemd en dat past ook veel beter. Het is zo’n  bruisende en levendige stad, met veel parken, leuke en gekke winkeltjes, een gezellige straathandel en veel mooie en interessante musea. We hebben vandaag een museum bezocht dat een paar jaar geleden nog aangeduid werd als ‘het museum van de oorlogsmisdaden van de Amerikaanse en Japanse imperialisten’. Toen het communisme wat milder werd en bleek dat deze titel sommige toeristen niet zo goed in de oren klonk hebben ze het omgedoopt. We lopen van ons hotel naar dit museum en onderweg stoppen we voor een  picknick in een park, met heerlijke verse stokbroodjes (uitvloeisel van de franse koloniale tijd). Het oorlogsmuseum is niet leuk, wel interessant. Jasper en Charlotte vinden de enorme grote bommen, vliegtuigen en tanks prachtig, maar wij kijken meer naar de foto’s van de slachtoffers van de oorlog en daar word je niet vrolijk van. Verder hebben ze een deel van de gevangenis nagebouwd van president Diem. Dit was een erg gehate man en dat was ook niet verwonderlijk gezien zijn gevangenis en de hulpmiddelen die hij had om mensen tot bepaalde antwoorden te dwingen. Afschuwelijk! Hierna gaan we naar het paleis van de laatste president. Dit paleis is vanaf het moment dat de Vietcong (Noord-Vietnam) de oorlog had gewonnen in 1975 onveranderd gebleven. Alles staat precies nog zo. De geschiedenis komt zo voor ons voldoende tot leven en daarbij is het een heel prettig gebouw, en heel leuk is het om al die meubels uit de jaren 70 te zien. Vanaf het immens grote en hoge balkon voelen we ons ook even president!


7-8 Oktober
Saigon is een zeer leuke, bruisende stad. We zijn blij dat we dit niet hebben overgeslagen. Het bevalt ons hier zo goed dat we nog een extra dagje blijven. We hebben inmiddels het revolutionairy museum bezocht, wat over de geschiedenis van Vietnam door de eeuwen heen gaat en hebben heerlijk door de stad rondgeslenterd en onze ogen uitgekeken. Het is echt een grote stad, ca. 6 miljoen inwoners,  met allerlei (echte) winkels en cafeetjes en restaurantjes. Ook ziet alles er schoon uit en zijn we gelukkig wat anoniemer. Telkens het halve dorp achter Wessel aan begint op een gegeven moment te vervelen :-).  We zijn ook met de fietstaxi naar shark waterworld geweest als verrassing voor de kids, (de tocht per fiets is al een attractie op zich, je zo ziet zoveel van de stad en het is echt genieten in je bakje) waar we bijna de hele dag het zwembad voor ons alleen hadden. Er was meer personeel dan dat er bezoekers waren, maar we hebben ons er prima vermaakt. Elkaar van de rubber loopbrug in het water duwen, rondtobberen op een grote band in de stroom rondom het zwembad, wedstrijdje doen van de vele glijbanen en met Wessel rondspartelen in het water. Heerlijk.

6 Oktober
Weer op weg, ditmaal via een dagtour naar Ho Chi Minh City (Saigon). Ook voor deze plaats is door de lonely planet zeer veel gewaarschuwd en we zitten te twijfelen of we wel naar Saigon moeten gaan. Maar dit is zo'n knooppunt naar de rest van het land dat we het toch maar doen.
We worden met een brommertaxi opgehaald en het blijkt dat we met 'gemak' met 1 personen in het aanhangbakkie kunnen. Eerst een siteseeing op de Sam berg, mooi uitzicht op de grens van Cambodja en Vietnam, en vervolgens met roeibootjes een rondleiding door het drijvende dorp. Ongelooflijk als je ziet dat er daadwerkelijk hele gezinnen op een bootje van 4 meter lang wonen en dat er werkelijk duizenden bootjes bij elkaar liggen.
Na een uurtje komen we bij de boot aan die ons naar Saigon gaat brengen. Ik geef onze roeiman een tip van 10.000 dong (75 cent) en hij springt letterlijk een gat in de lucht van blijdschap en laat het aan alle andere roeiers zien. Erg mooi om te zien.
Wat is de boot toch een plezierige manier van reizen, veel te zien en niet dat gehobbel over de wegen. Bij een krokodillenfarm moeten we van de boot en na daar wat rondgekeken te hebben gaan we met een busje verder. 20 zitplaatsen voor ons en nog 2 Fransen wat een luxe. Om ca. 20.00 uur komen we aan in Saigon, de reis over land viel ook erg mee na onze Cambodja ervaringen. En nu een hotel zoeken. We nemen maar het 1e hotel wat we zien en vragen er naar de prijzen. 30 $ voor een kamer geschikt voor ons vijfen, klinkt redelijk, maar we willen het eerst zien. En dat is ook maar goed ook, was waarschijnlijk voor 5 Vietnamesen, maar wij kunnen echt niet met z'n vijfen in 2 bedden, hoewel het wel een erg mooie kamer voor 2 personen is. Vervolgens worden nog de exclusive room (iets grotere bedden) en de luxary room (zeer grote kamer maar nog steeds maar 2 bedden) ons aangeboden en loopt de prijs op naar 40 us$. Ik heb er geen zin in en wil naar een ander hotel. Opeens biedt ze ons 2 standaard rooms aan voor 35 $ (ipv 90 us$) incl. ontbijt. Jac en ik kijken elkaar aan en besluiten dit te doen. Om 20.30 uur in Saigon met alle bagage rondzeulen op zoek naar een hotel klinkt niet zo aantrekkelijk.

4 + 5 Oktober
We hebben het niet echt getroffen met het weer, het regent hier de hele dag. De kinderen vermaken zich toch prima, lekker rennen en schreeuwen in de regen en Wessel doet natuurlijk ook mee. Verder is het in Delta adventure Inn een beetje saai, we zitten te ver weg van het dorpje en er is hier niet zoveel ruimte voor de kids en het regent steeds. We hebben het dorpje, volgens de lonely planet een geweldig dorpje, nog wel verkend maar we delen hun mening absoluut niet. We zijn tussen 2 buien door nog naar de berg (zo'n 3 kilometer) gelopen maar we konden geen pad naar boven vinden. Achteraf maar goed ook want het blijkt veel te gevaarlijk te zijn in het regenseizoen om de berg te bewandelen. Het blijft grappig om te zien hoeveel aandacht Wessel trekt, op een gegeven moment was een heel kruispunt verstopt omdat alle mensen kwamen aanrennen om Wessel te zien en aan te raken.  
3 Oktober
We zijn vandaag vroeg opgestaan (6 uur) want we vertrekken zo naar Vietnam. Tussen 7 en 8 uur moeten we worden opgehaald en dan worden we naar de boot gebracht die ons in een uur of 6 naar Chau Doc (Vietnam) zal brengen. Nou na onze laatste ervaringen met reizen in Cambodja zijn we erg benieuwd of dit volgens plan gaat en of het überhaupt wel gaat lukken. Ook zijn we 'gewaarschuwd' door de lonely planet dat Vietnam nog armer is dan Cambodja en voor de criminaliteit.
En waarachtig om 7.30 uur staat er een minibus voor ons klaar, wij zijn benieuwd of er nog 20 andere mensen bij komen maar dit blijkt mee te vallen. De chauffeur vraagt nog wel of we naar Ho Chi Minh moeten maar we vertellen dat we naar Chau Doc gaan en dat vindt hij goed. Na 5 minuten worden we bij het Capitol guesthouse afgezet, zij regelen alle tours schijnbaar. Na een half uur gewacht te hebben en al een paar maal gevraagd te hebben of we echt wel goed staan voor Chau Doc komt er een busje voorgereden met 20 zitplaatsen, er zijn er nog een stuk of 10 vrij, en wij stappen in. Op naar de boot. Na ruim een uur rijden, wij gaan er al vanuit dat we per bus naar Chau Doc gaan, stoppen we en moeten we overstappen in jawel en boot. We gaan dus toch met de boot verder en het blijkt een enorm relaxede vaart te zijn.
Bij de grens van Cambodja moeten we eruit en de papieren laten controleren, alles gaat zeer voorspoedig, 10 minuten later arriveren we bij de Vietnam grens. Hier laten we de paspoorten zien en na 10.000 dong (ja het enorme bedrag van 75 cent) te hebben betaald lopen we voor ons gevoel de grens over. Wessel is natuurlijk weer het middelpunt van de aandacht van iedereen. Hier gaan we eerst met de hele groep eten, en vervolgens ontstaat er enige verwarring want niemand weet hoe nu verder. Het blijkt dat we moeten wachten totdat de Vietnamese Customs zin heeft om onze bagage te controleren. Schijn dat je ze vooral niet mot opjagen of een grote mond moet geven anders kan je zo een dag wachten. Zeker nog een overblijfsel van het communisme. Nou we staan een half uur te wachten met zeker 50 toeristen voor het apparaat dat de bagage moet checken als blijkt dat de stroom niet werkt. Vervolgens mag iedereen wel doorlopen en gaan we ineens op een andere boot en zijn we in Vietnam.
Naar Chau Doc hebben we nog een vaart van ca. 2 uur en wij genieten van het uitzicht over de Mekong rivier. In Chau Doc nemen we 3 fietstaxi's naar de Delta Advanture Inn en we hebben uiteindelijk een zeer relaxede fijne reis gehad. Ook is de eerste indruk van Vietnam zeer goed, het ziet er een stuk netter uit dan Cambodja en het verkeer is een stuk rustiger.

28 september tot en met 2 oktober:
We gebruiken deze dagen om de stad Phnom Penh te bekijken. We gaan dan ook naar de belangrijkste bezienswaardigheden: het paleis van de koning (mmhhh, niet echt heel mooi), de twee grootste markten (grote gebouwen vol met marktkraampjes en dit is echt complete chaos, leuk, leuk!), verder bekijken we de gevangenis die tijdens de Rode Khmertijd zeer berucht was. De kinderen vonden dit nogal saai, maar ik was nogal onder de indruk. De Rode Khmer heeft van elke gevangene een soort pasfoto's gemaakt en je ziet muren vol met foto's van mensen, jong, oud, mannen, vrouwen, kinderen en zelfs baby's. Het mag duidelijk zijn dat deze mensen niet levend uit de gevangenis zijn gekomen en daarbij verre van een prettig einde hebben gehad.

Phnom Penh is een hele drukke stad. Verkeersregels zijn er niet, iedereen rijdt door elkaar heen. We hebben uitzicht op een heel groot kruispunt en we kijken onze ogen uit. 'Verboden in te rijdenborden' worden massaal genegeerd, stoplichten werken niet en men haalt zowel links en rechts in. Prachtig om te zien en er gebeurt toch geen ongeluk, want men let wel goed op. Ook het oversteken is een kunst apart. Je ziet zo'n hele massa auto's, brommers en fietstaxi's op je afstormen en er komt maar geen rustig moment zodat je over kunt steken. Nou, uiteindelijk gaan we dan maar en het verkeer gaat keurig links en rechts om ons heen. Verder is het heel vies in de stad, overal ligt vuilnis op straat. Veel mensen leven ook op straat en je ziet heel veel heel arme mensen. Arm en rijk leven hier dicht op elkaar.

Axel heeft wat last van z'n maag en is wat grieperig en blijft veel op de hotelkamer, gelukkig voor hem hebben we Cartoon Network. Dus ik ga regelmatig met Jasper en Lot de stad in. Vaak nemen we dan een brommertaxi. Een keer gaan we met z'n drieën achterop, maar meestal gaat Jasper bij een brommer achterop en Charlotte en ik bij een andere. Dat is een leuke manier om de stad rond te crossen en ook het snelste.

Ik heb een heel leuk koffiecafeetje ontdekt. Dat is van een Belgisch echtpaar en zij hebben heerlijke cappuccino en echte Belgische chocolade etc. Daar ga ik met Jasper en Lot lekker koffie met gebak drinken/ eten om mij verjaardag te vieren, want 1 oktober ben ik jarig, hoera!!! . Trouwens, iedereen in Terborg een heel gezellige kermis gewenst!!!

27 september:
We hebben kaartjes gekocht voor de boot en afgesproken dat we om 6 uur 's morgens (ja,ja) worden opgehaald en naar de haven worden gebracht waar we de boot naar Battambang  nemen. En warempel 's morgens om 6 uur staat er inderdaad een taxi bij ons guesthouse. Alle bagage in de achterbak en dan worden Jasper en Axel samen op de voorbank gedirigeerd door de chauffeur en ik zit met Charlotte en Wessel op de achterbank. Al gauw krijgen we door dat er nog meer mensen worden opgehaald. Eerst een Amerikaan met ook een boel bagage, dat past blijkbaar nog in de achterbak, en hij neemt plaats bij ons op de achterbank. Dan stoppen we weer om twee Spaanse vrouwen mee te nemen, ook met elk een boel bagage. Dat past in de achterbak, maar je moet niet vragen hoe. De klep staat helemaal open en er torent een stapel koffers uit, de boel wordt op z'n plaats gehouden door een groot stuk touw. De dames proppen en duwen zich bij ons op de achterbank, waar we dus inmiddels met vier volwassenen zitten, Charlotte zit bij mij op schoot en Wessel zit ondertussen al bij Jasper en Axel voorin. Natuurlijk allemaal zonder riem. Thuis moeten de kids altijd vast en mogen volstrekt niet voorin en hier…. Afijn, we arriveren bij de boot en onmiddellijk worden we weer bestormd door allerlei verkopers. Een paar meisjes poten een tafel met bananen, water en broodjes tussen mij en de achterbak van de auto, dus ik moet zowat over hun tafeltjes heen klimmen om de koffers en de rugzakken eruit te trekken. Axel staat vooraan bij de auto klem en ondertussen proberen allerlei jongens onze rugzakken en koffers te dragen, waar uiteraard voor betaald moet worden. We rennen de Amerikaan en de Spaanse  vrouwen en de jongens met een deel van onze bagage achterna en staan op de boot nog te discussiëren met de draagjongens, omdat ze elk een dollar willen, wat belachelijk veel is. (In Cambodja is de eigen munteenheid de Riel, maar deze is niet veel waard. De dollar betaal je voor de grotere bedragen, zo vanaf 1 dollar en dan krijg je terug in Riel. 4000 Riel is ongeveer 1 dollar of Euro.) Maar eindelijk zitten we en vertrekken we ook. Na een tijdje komt iemand van de boot de kaartjes controleren en begint wat in het Cambodjaanse te zeggen. We denken dat we toch een kaartje voor Jasper en Charlotte moeten kopen (ze zeiden dat kinderen gratis waren) maar uiteindelijk komen we er achter dat we dus niet op de boot naar Battambang zitten, maar op de boot naar Phnom Peng! Nou ja, ook goed dan maar naar Phnom Penh. In de haven begint het hele circus weer van voren af aan. We kiezen uit de menigte een taxichauffeur en nemen zijn advies van een hotel over. Na enig onderhandelen hebben we dan ook een hele mooie, ruime kamer met prachtig uitzicht over de stad. We komen er na een dag achter dat we ook een muizenfamilie hebben inwonen, maar dat mag de pret niet drukken.

24 tot en met 26 september:
We besluiten in het guesthouse te blijven en niet naar een ander te verkassen. Onze kamer is niet mooi of groot, maar kost slechts 8 dollar, dus kunnen we even wat bezuinigen. We hebben zelfs warm water. Dat wil zeggen we hebben een douche waar loeiheet water uitkomt en daarnaast hangt een douche waar koud water uitkomt. Een mengkraan zou wel lekker geweest zijn, want nu verbrandde je links en was het rechts wel koud. Het guesthouse is ook echt een familiebedrijf met veel aanverwanten. Er is een hele crew van wel twintig mensen die continue op de binnenplaats bivakkeert. De binnenplaats is tevens de eetzaal, café en televisieruimte. Ook staan er de Tuktuk's (brommerkarretjes) geparkeerd en wassen de vrouwen de kleren. Zodra wij onze neus laten zien worden we omringd door deze mensen, als we gaan zitten schuiven ze ook gelijk aan. De een gaat weg en dan neemt een ander zijn plaats in. Wessel wordt continu meegenomen. Soms wordt het ons een beetje teveel en zou wat privacy ook wel fijn zijn. Maar we zijn toch de hele dag de hort op, dus het maakt ook niet echt veel uit.

We bekijken namelijk de grootste toeristische attractie van Cambodja, de Angkor Wat, een ontzettend groot tempelcomplex gebouwd in zo'n 800 jaar, vanaf ongeveer 800 na Chr. En we hebben inderdaad onze ogen uitgekeken, wat een enorme gebouwen. Heel mooi en heel prettig om in rond te dwalen. Heel veel hele lange, hoge gangen, met open ramen waar de wind door komt en een prachtig uitzicht op het omringende regenwoud of mooie parkachtige tuinen. De gebouwen zijn ontzettend hoog met ontzettend hoge steile treden. Het is soms best wel eng; van die hele smalle, afgesleten treden van zo'n 15 centimeter breed, maar dan wel 40 centimeter hoog. De verschillende tempels liggen een eind bij elkaar vandaan, dus we rijden in de tuktuk van de een naar de andere en die ritjes zijn echt heerlijk. Bij elke tempel staan weer de (eet-)kraampjes, waarvan de mensen ons echt bestormen. Ze rennen met de menukaart in de hand zo hard als ze kunnen naar ons toe. Dus rustig nadenken over waar we gaan eten lukt niet, we nemen meestal maar de eerste de beste. Verder zijn er enorm veel kinderen die van alles en nog wat verkopen. Ze spreken redelijk goed Engels en ze weten overal een antwoord op. Als ik zeg dat ik geen geld meer heb, antwoordt er een: 'leen het van je man'. Als je zegt dat je al twee pakjes ansichtkaarten hebt gekocht krijg je als antwoord: als je er nog een koopt dan heb je er drie.

Na drie dagen tempels besluiten we weer verder te trekken. We willen met de boot naar Battambang, dat ligt aan de overkant van het Tonle Sap meer,  en via deze plaats naar Phnom Penh trekken. De weg naar Phnom Penh is namelijk ook heel slecht. Het blijkt dat Cambodja zo ongeveer het slechts wegennet ter wereld heeft. In de Lonely Planet staat het omschreven als 'Highways of Hell', dus vandaar dat we liever per boot reizen.

23 september:
Ik begin vanaf dat we van Ko Chang uit Thailand vertrekken. We hebben een reis geregeld die ons met een busje tot de grens brengt, waarna we zelf de grens over moeten lopen en dan daar op de bus stappen van half een ' s middags. Gelukkig hebben we voor die bus al plaatsen gereserveerd en betaald. We gebruiken een nieuwe grensovergang om naar Cambodja te gaan.

De reis vanuit Thailand verloopt heel voorspoedig. Het laatste stuk vanuit Thailand hebben we alleen geen verharde weg meer. Men is druk bezig om een weg aan te leggen. We moeten op een ontzettende modderweg langs allerlei tractors heen manoeuvreren. Als we bij het grensplaatsje uit het busje stappen, worden we gelijk bestormd door bedelende kinderen en  mensen die wat willen verkopen.  Het is er heel druk op straat en iedereen kijkt naar ons, want wij vallen ontzettend op. Wessel trekt constant heel veel aandacht, vooral als Axel hem op de arm heeft en ik er met een lege buggy achteraan loop, want een buggy kennen ze hier ook niet. Dan zijn we blank en dat betekent dus heel rijk voor hen. Verder denkt iedereen dat Jasper een meisje is, omdat hij vlechtjes heeft. We zijn dus wel een bezienswaardigheid.
Wij zijn ook gewaarschuwd heel goed op onze spullen te passen in Cambodja en dat iedereen je probeert op te lichten. De oorzaak is waarschijnlijk de armoede van de mensen. Maar desondanks zijn ze wel vrolijk. Ze maken veel geintjes en kijken je nieuwsgierig en meestal vriendelijk aan.

Een of ander kantoortje in de verte moet de douane van Thailand zijn. Er is dus alleen een grote modderstraat met allemaal mensen, brommers, handkarren, bedelaars die langs de weg liggen, verkopers, straatkraampjes en karretjes etc. Heel chaotisch dus. Er staat een hele groep mannen ons buiten op te wachten. Eerst allemaal grapjes maken en dan ons paspoort willen hebben. Dat geven we dan maar, maar wel met het gevoel van wat doen ze er nu precies mee, want wij staan buiten en het paspoort is ergens naar binnen verdwenen. Ons wordt gezegd ergens te wachten en warempel na enige tijd komt het paspoort terug. In de bloedhete zon, het zweet loopt in straaltjes van je af, lopen we met een hele groep mensen om ons heen naar de grens van Cambodja.

Daar worden we opgewacht door onze gids. Zo stelt hij zich ten minste aan ons voor. Dit soort mensen is niet weg te krijgen en je moet, of je wilt of niet, van hun diensten gebruik maken. Ten eerste snappen we er geen bal van: we weten niet waar we naar toe moeten, of  wat er op de bordjes staat, en daarbij is onze gids nogal overrompelend en voordat we het weten loopt hij met onze paspoorten weg. Wij staan een beetje dom te wachten met om ons heen weer de gebruikelijke groep bedelaars, verkopers, oma's die Wessel toelachen of er met hem vandoor willen (dan proberen ze hem uit je armen te pakken of de riempjes van de buggy los te maken en de ene keer lacht Wessel ze vriendelijk toe en zwaait en de andere keer kijkt hij onverstoorbaar de andere kant op).

Maar enfin, onze paspoorten gaan naar de gids, want we moeten nog een visum krijgen. (Hadden we dat maar in Bangkok geregeld!) De gids geeft ze aan vijf man die achter een houten balie staan, na wat gelach en geschreeuw gaat het dan naar een ander hokje. Wij zijn ondertussen, nadat we een kwartier met al onze bagage wat verloren in de hitte staan, door wat douaniers naar binnen geroepen in hun kantoor met airco. We worden daar op wat plastic stoelen neergepoot en we hebben geen flauw idee waar onze gids met onze paspoorten is. Ondertussen is Wessel door een douanier mee neer buiten genomen. We sturen Charlotte er maar achter aan, want wij willen onze bagage niet alleen laten. Dan verschijnt onze gids weer, met het verzoek of we even de custom (invoer) briefjes willen ondertekenen. Dat doen we dan maar blindelings, want het gaat zo snel en ons Cambodjaans is niet echt goed en de Engelse vertaling is niet goed te lezen. De gids verdwijnt weer en het is dan al lang half één geweest. Maar goed, gezien de chaos hier zal die bus ook wel niet op tijd gaan. Dan eindelijk komt de gids weer met onze paspoorten, halleluja!. We moeten dan nog langs de officiële Cambodjaanse douane en nadat die onze paspoorten met zijn vieren bewonderd hebben draaien we rechts een hoek om en staan we in Cambodja en ineens in een andere wereld.

Wat in Thailand slecht wegdek leek, dat is perfect vergeleken met wat we nu zien. Dikke moddersporen waar je soms zowat tot je knieën in verdwijnt, waar ik dus niet met de buggy door heen kan komen, dus Wessel maar dragen, ondertussen heeft iemand op een brommer onze koffer met schoolboeken meegenomen, wie en waar naar toe weten we niet. Wij hebben onze handen vol met de rest van onze bagage, het ontwijken van handkarren, brommers, fietsers en het uit de modder los trekken van onze sandalen. Geen idee waar we naar toe gaan sjokken we zo, weer zwetend als een otter, onze gids achterna.

Na een paar honderd meter zijn we er! Ja, we zijn in het kantoor van de gids! Niet dat we daar willen zijn, maar we moeten nog even betalen en wel het dubbele bedrag van wat we eigenlijk voor een visum moeten betalen. Dus in plaats van 20 dollar per visum betalen we met veel tandengeknars en protesten bijna 200 dollar voor ons vijven. Dan deelt hij mede dat we de bus gemist hebben en dat de volgende bus om 3 uur komt. Maar, voegt hij daar stralend aan toe,  bij hem kunnen we koele drankjes en eten kopen om de wachttijd te veraangenamen. Ondertussen staan er wel zo'n twintig kinderen om onze bagage en die zeulen we dan ook maar zijn kantoor binnen, waar warempel onze koffer ook al staat. Nadat we elkaar een kwartier lang zonder iets te zeggen hebben aangekeken, zien we opeens nog een stel
Backpakkers onder begeleiding van een gids binnenkomen. Hoera, denken we, er zijn nog meer reizigers, dus er zal wel echt een bus gaan. De rekening valt hen ook tegen, aan hun gezichten te zien nadat ze de rekening hebben betaald.  Daarna stromen er steeds meer mensen binnen en wachten we in een overvolle ruimte tot er een bus komt.

Na enkele uren komt er een heel oude pick-up voorgereden. Wij worden verzocht onze bagage daar achterop te tillen. Nadat er eerst een heel klein kaal kippetje uit de cabine gejaagd wordt, worden wij met ons vijven in de cabine gedirigeerd. Ak en de kids achterin en ik voorin. Een beetje krapjes en nu helemaal zwetend, want er zijn geen hendels om de ramen open te maken en de deuren klemmen nogal. Na wat wringen passen er een stuk of twaalf backpakkers achterop de pick-up. De rest moet wachten op de volgende auto. De chauffeur mist dan zijn kip en zoekt hem eerst weer op. Ik heb na wat moeite de deur op een kier gekregen, maar die wordt met een luide klap door iemand weer dicht geknald. Deze persoon neemt plaats op, jawel, op de motorkap. Dit blijkt onze 'voorkijker' te zien, dat is iemand die vooruit kijkt, en die hebben we ook zeker nodig gehad. Dan met veel gekraak komt de auto in beweging, alles hangt met touwtjes aan elkaar vast. Geen van de meters doet het. De snelheidsmeter was daarbij toch overbodig, want harder dan dertig hebben we niet gehaald. Dat we moesten tanken wist de chauffeur uit zijn hoofd en water moest gewoon om de paar uur worden bijgevuld. Tot onze verbazing tanken we bij een zelf in elkaar geknutseld tankstation. Dat bestaat uit een schavotje waarop twee regentonnen met benzine staan, daaruit steken slangen en een man met één arm (vast een landmijn) draait aan een wiel, terwijl een vrouw de slang in de tank houdt, de andere twintig mensen van het tankstation kijken toe en onze chauffeur steekt een sigaretje op. Niet de laatste, naar achteraf zal blijken.
 
Axel en ik weten niet zo snel waar we moeten kijken, want dit is echt prachtig. En dat dus voor de komende 10 uur. Want,  langzaam maar zeker komt iedereen in de pick-up tot het besef dat we niet naar een bus gebracht worden, maar dat dit ons vervoer tot Siem Raep is, ruim driehonderd kilometer. Ondanks ons ongemak werkt dit ongelooflijk op je lachspieren. Daarbij is de weg eigenlijk geen weg. Het is een soort groot pad door de jungle, met gaten van wel  een meter diep en al hotsend en botsend volgt onze chauffeur de aanwijzingen via handgebaren van de man op de motorkap op (de voorkijker); beetje naar links, beetje naar rechts, iets langzamer etc. Als we door het achterraam kijken zien we een enorme kluwen van billen en benen (wij zitten namelijk wat lager). Buiten lijkt het wel National Geographic, we zien prachtige landschappen, schilderachtige huisjes en dorpjes, landmijn-ontruimingsteams, en veel bordjes met waarschuwingen voor landmijnen,  slechts enkele meters van ons vandaan.

Ik zal de rest van de reis kort houden. We zijn in een dorp waarin het verkeer compleet vastgelopen was achter een tractor gehangen en die heeft ons door het dorp getrokken. Verder was er geen plaspauze onderweg.  In elk dorp dat we passeerden hadden ze volgens onze begeleiders geen toilet en in de bosjes kon niet vanwege de landmijnen. Tegen negen uur 's avonds had iedereen het zo gehad dat we een ingelaste stop bij een restaurant kregen. Hoera, bewegen, plassen en eten, wat een luxe!.

Tegen één uur 's nachts worden we helemaal kei, kei en keikapot bij het guesthouse van de neef van de gids gebracht. Dat maakt ons dan al helemaal niets meer uit! Ja, ja, welkom in Cambodja.

22 september Kb bungalow
Het is weer een schitterende dag, De ochtend begint al met zon en na het ontbijt hebben we (Jac, Wessl en ik, de andere kids slapen nog) enorm zin om op het strand te liggen en te zwemmen. En dat doen we dus ook om beurten. Nadat Jasper en Charlotte wakker zijn en ontbeten hebben komen zij ook erbij liggen. Ik huur 3 paar snorkels en het blijkt schitterend te zijn zo'n 50 meter dieper de zee in. Het is hier een hele ondiepe zee, ca 2 meter tot aan de eilandjes bij eb, en er is erg veel te zien. Anemonen, gekleurde schelpen die dichtklappen als je dichtbij omt, vele verschillende vissen, zee-egels, zeekomkommers, etc.
En natuurlijk begint het om ca. 13.00 uur te stortregenen, maar dit is na een uurtje voorbij. Wel staat het water ineen hoger dan ooit, maar de oppervlakte is wel spiegelglad. Onze buren, ook Nederlanders, komen net terug van hun kayaktocht en ze waren erg enthousiast (op de stortbui na dan). Vooral over eiland 4 waren ze erg te spreken. Zij waren uitgekayakt en wij aanvaardden graag hun aanbod om de kayak te lenen. Natuurlijk wijs geworden van gisteren, als de zee glad is moet je varen, en nu ook wel eens al dat moois willen zien rond de eilandjes. Nou de afstand viel nu wat tegen, gauw een half uur peddelen, maar het was er echt schitterend. Gewapend met onze snorkels zijn we schitterende vissen en koralen te lijf gegaan. We hebben ook nog een pijlstaart inktvis gezien die steeds van kleur veranderde. Ik heb trouwens nu wel een beetje spierpijn van dat geroei, maarja zal morgen wel over zijn. Over morgen gesproken, dat zal wel een lange dag worden. Om 6.30 uur op, aankleden en ontbijten en dan vervolgens met een minibus en de pond naar de grens van Cambodja. Daar visa regelen en vervolgens overstappen in een grotere bus. Hoe dit allemaal gaat lopen is wel spannend, maar het zal zeker een uur of 10 in beslag nemen. 

21 september Kb bungalow
Dag vol standaard rituelen maar ook met iets anders. We hebben namelijk een kayak gehuurd en snorkels en zwemvliezen. En omdat we verstandig zijn hebben we de kids gezegd dt ze eerst 's ochtend hun huiswerk moeten doen en dat we 's middags gaan kayakken. Stom dus, we weten nu dat als het 's ochtends mooi weer is en de zee eruit ziet als een 'swimming pool' je er gelijk op uit moet gaan. En niet 's middags als de zee niet meer zo rustig is. We zijn dus naar 1 van de 4 eilandjes die tegenover ons liggen gekayaked. En natuurlijk de verkeerde want er was niets te zien, tenminste geen mooie koralen en vissen zoals anderen ons hadden gezegd. En de zee was aardig ruw met golven, wat erg veel moeite kostte om terug te komen. Nou ja was in ieder geval toch wel een leuk tochtje en goed voor de conditie.
's Ochtend hadden we al besloten om nog een dagje extra hier te blijven. Daarna gaan we naar Siem Riep (Cambodja) het tempelcomplex van angkor wat bekijken 

20 september Kb bungalow
Een heel normale dag met de standaard rituelen, zoals lesgeven, zwemmen en eten. Alleen zijn we er achter gekomen dat het restaurant ook elke avond een barbecue heeft waar je heerlijke dingen kan bestellen en je zit dan op een andere plaats waar je heel gezellig met elkaar op een verhoogde veranda zit rond een klein tafeltje. Wessel vond het prachtig om van zitplaats naar zitplaats te kruipen. Het vindt het sowieso schitterend om overal heen te kruipen en aan te zitten. Lekker op het strand rondbanjeren, aan de kleine bhoeda tempeltjes trekken en in het restaurant al gillend rondkruipen. Nog wel kruipen trouwens maar niet lang meer, hij kan al 5 stapjes, of het lijken meer danspasjes of dribbelpasjes), zetten.
Nou in ieder geval hebben we tijdens de bbq genoten van een biertje en de schitterende zonsondergang, die is hier btw elke avond schitterend en steeds anders. Sina kwam onze tijdelijke duiklicentie brengen en heeft ook gelijk meegegeten, aardige gozers met veel verhalen.
 
19 september Kb bungalow
Ja we gaan weer duiken, met dezelfde boot. Een kleine domper is het wel als het op de heenweg in de thai taxi weer begint te regenen. Maar er gloort hoop (letterlijk) aan de hemel, de kant die wij opgaan is aan het opklaren. En opklaren doet het. Eenmaal onderweg met de boot komt de zon door en is het water als een 'swimmingpool' zoals ze steeds zeggen. Omdat de instructeur die vorige keer op Wessel paste ook klanten heeft moeten Jac en ik om beurten duiken. En wordt het een lange dag voor Sina onze instructeur. Ik mag eerst mijn duik doen, vorige keer was ik maar naar 12 meter geweest, nu gaan we minimaal 18 doen. Het wordt 20 meter. Het zicht is toch slecht, komt waarschijnlijk door de zanderige bodem en ik mag weer oefeningen doen. Masker van water ontdoen, regulater uitdoen en weer indoen, allemaal geen probleem. Alleen dan moet ik mijn masker een minuut afdoen en als ik dat 10 seconden afhebt voel ik ineens een beetje paniek. Ik durf mijn ogen niet open te doen (contactlenzen) en ik moet mijn masker weer op. Dat lukt gelukkig en na 2 minuten diep inademen is alles weer ok. Geen prettige ervaring maar wel leerzaam. Nadat we wat te hebben rondgezwommen sta ik erop om de masker oefening nog eens te doen en nu lukt het me om rustig de minuut zonder masker vol te maken. YES.
Zoals elke keer heeft Jac geen enkel probleem met alle oefeningen en zij zijn ook nog eens de andere kant op gezwommen waar het zicht geweldig is en ze enorm veel vissen etc. zien.
Na de nasi aan boord gegeten te hebben en de enthousiaste snrkelverhalen van Jasper en Charlotte te hebben gehoord mogen jac en ik onze fitheids oefening doen. 200 meter in zee zwemmen, 10 minuten drijven en 2 minuten watertrappelen. Dat gaat ons met onze sportlichamen natuurlijk zeer eenvoudig af. En dan de laatste duik voor ons brevet. Weer niet samen omdat we om beurten op wessel passen, maar dit keer zie ik wel enorm veel vissen en koralen etc. Alleen geen schildpad, zoals de andere duikers wel hebben gedaan. We doen weer wat oefeningen , o.a. CESAR (voor de ingewijden) en je trimvest (bcd) uit en aan en nog wat. En verder veel rondkijken onderwater, echt prachtig.


17 - 18 september Kb bungalow
Doordat het steeds slecht weer was is de duikcursus erg uitgelopen. Daarom in 1e instantie nog 2 daagjes extra blijven. Het luxe park is toch iets te duur en Sina, de duikinstructeur, weet mooie goedkopere accommodatie. Nou het blijkt een zeer mooi bungalow huisje te zijn direct aan het strand. Een geweldig uitzicht en een prima restaurant (belangrijk!!) erbij. Alles zit er keurig uit en als blijkt dat het duiken door het slechte weer alweer een dag is uitgesteld besluiten we gelijk maar om 5 dagen hier te blijven. Omdat het ook 3x zo goedkoop is als Chang park (800 bath, ca. 16 euro), komen we weer wat aan ons budget.
We zijn al gauw gesetteld en de kids weer aan het schoolwerk. Wessel heeft alweer een schare Thai rond zich hangen, dames maar ook heren en het bevalt ons hier erg.
 
10 - 16 september
We zijn vandaag naar een ander strand verhuisd, Kai Bae beach. We hadden 2 bungalows huisjes besproken in een zeer chique resort, Koh Chang Park resort, maar aangekomen bleek dat alles vol zat. Elk weekend komen er namelijk een aantal bussen uit Bangkok die barstens vol met Thai zitten en dan is ineens alles vol. Goed en wat nu? We hadden wel ontzettende pech want nu kregen we voor nagenoeg de zelfde prijs een Thais luxe huisje dat normaal 7000 bath (140 euro) per dag is en zat er ook nog een buiten jacuzzi bij wat onze riante veranda wat kleiner maakte. En natuurlijk allelei overbodige zaken binnen, zoals een super koelkast, televisie, 2x airco, diverse kasten en bankjes, etc.
Nou nadat we de jacuzzi hadden uitgeprobeerd zijn we maar gaan zwemmen in het enorme grote zwembad en daarna ff in de zee en toe maar weer in het zwembad. Je kan begrijpen dat we direct voor 6 dagen geboekt hebben. Natuurlijk ook om de kinderen genoeg ruimte te geven om hun schoolwerk te maken en dat Wessel lekker op het gras kan kruipen.
De 1e avond de straat langs geslenterd en  het eerste het beste restaurantje binnengestapt. Helaas was dat niet echt een succes, mijn green curry was niet goed, het eten van de kinderen was veel te pikant en jac had fried vegetable besteld en kreeg gefrituurde groenten met een krokant laagje waar het vet vanaf droop. En het eten was ook nog eens ruim dubbel zo duur als normaal, dus geen geslaagde avond. De andere keren gewoon in het hotel gegeten en dat was werkelijk prima en verschrikkelijk romantisch zo direct aan het strand.
Het weer is af en toe erg mooi maar soms komt de regent met bakken uit de lucht niet verwonderlijk, het is immers rainy season. Maar zelfs als het regent is het hier heerlijk uit te houden.

Nou Charlotte heeft dankzij haar kordate optreden een kleine ramp voorkomen. Ze was met Wessel in de buiten jacuzzi aan het spelen en toen schoot er een vreemd beest vanonder de schutting zo de jacuzzi in. Zij gelijk Wessel gepakt en ons binnen gewaarschuwd. Wij dachten dat het een tor of zoiets zou zijn, nou we schokken ons dus rot toen we zagen dat het een flinke schorpioen was die druk steek bewegingen aan het maken was in het water van de